Groen
Aantrekkelijk en toegankelijk groen voor de bewoners en bezoekers van de provincie, voor ecologie en economie.
Doelenboom
Doelenboom
Maatschappelijk doel
Aantrekkelijk en toegankelijk groen voor de bewoners en bezoekers van de provincie, voor ecologie en economie.
Beleidsdoelen
6.1 Een samenhangende groenstructuur
6.2 Adequaat beheerd groen
6.3 Bij groen betrokken bewoners, bedrijven en overheden
Aantrekkelijk en toegankelijk groen voor de bewoners en bezoekers van de provincie, voor ecologie en economie.
6.1 Een samenhangende groenstructuur
Het eerste beleidsdoel van de doelenboom Groen (6.1) vormt de bescherming en de ontwikkeling van een samenhangende groenstructuur zoals opgenomen in de Agenda Groen en de Provinciale Structuurvisie. De kern van de groenstructuur wordt gevormd door het Natuurnetwerk, dat momenteel circa 50.000 hectare verworven en ingericht groen omvat (excl. grote wateren). In 2027 dient het Natuurnetwerk door verwerving en inrichting afgerond te zijn. Het omvat dan ca. 56.000 hectare, met inbegrip van de Natura 2000 gebieden en grotere recreatiegebieden.
Het beleidsdoel een samenhangende groenstructuur realiseren wij via vier operationele doelen.
6.1.1 Beschermd groen
6.1.2 Natuurnetwerk Nederland (NNN) gerealiseerd in 2027
6.1.3 Natura 2000 gerealiseerd
6.1.4 Recreatieve routes gerealiseerd en Recreatie om de Stad afgerond
Wij hebben deze beleidsdoelen zoveel mogelijk voorzien van prestatie-indicatoren voor de jaren 2016-2019.
Tabel Prestatie-indicatoren
Taak | Output | Nulmeting | B2017 | B2018 | B2019 | B2020 |
6.1.1 Bescherming van groen via uitvoering van Wet Natuurbescherming | Vastgestelde beheerplannen Natura 2000 | 2 | 15 | 2 | n.v.t. | n.v.t. |
6.1.2 a. Verwerving/ functiewijziging natuurnetwerk | Oppervlakte natuurnetwerk beschikbaar bij eindbeheerder als natuurgrond gerealiseerd | (2016 was 4.399) | 250 | 250 | 250 | 250 |
6.1.2 b. Inrichting natuurnetwerk | Inrichting NNN gerealiseerd | (2016 was 6.141*) | 250 | 250 | 250 | 250 |
6.1.3 Verbeter-maatregelen Natura 2000 gebieden treffen | Natura 2000 maatregelen getroffen | Opgave beheerperiode 4.020 ha | 20% | 20% | 20% | 20% |
6.1.4 Aanleg recreatieve routes | Recr. verbin-dingen aangelegd en/of bewegwijzerd | Restant-opgave: | 370 | 330 | 330 | 330 |
Toelichting op taken en output
Ad 6.1.1 Nieuw groen realiseren is belangrijk, maar het beschermen van het bestaand groen is minstens zo belangrijk. Een belangrijk instrument voor de planologische bescherming van de provinciale groenstructuur (Natuurnetwerk, natuurverbindingen, bufferzones, landelijk gebied) is de Provinciale Ruimtelijke Verordening (Programma 5 Ruimte). Een belangrijk instrument voor de basis uitvoering van de nieuwe Wet Natuurbescherming, die per 1 januari 2017 in werking treedt, zijn de beheerplannen voor de Natura 2000 gebieden in Noord-Holland. Van de in totaal negentien vast te stellen beheerplannen worden er zeven getrokken door het Rijk. Voor deze Rijksplannen is onze instemming nodig.
Natura 2000 gebieden in Noord-Holland
Wet Natuurbescherming: In 2016 zijn de verordeningen en beleidsregels door Provinciale Staten respectievelijk ons college vastgesteld. Met de inhoud en gemandateerde uitvoering ervan via de RUD Noord-Holland Noord, borgen wij een optimale balans tussen de bescherming van natuur, waarbij tegelijk voldoende ruimte en flexibiliteit bestaat voor economische ontwikkelingen en de borging van maatschappelijke belangen. Hiermee dragen wij bij aan het behoud en herstel van plant- en diersoorten en habitattypen in onze provincie.
Ad 6.1.2 a Voor de verwerving en functiewijziging van het Natuurnetwerk is de jaarlijkse taakstelling 250 hectare. De geplande hectares liggen in lijn met de doelstelling van 250 hectare per jaar in de Agenda Groen en ons coalitieakkoord. In 2015 hebben wij deze doelstelling ruimschoots gehaald. Over de prestatie in 2016 zullen wij rapporteren bij de jaarstukken over 2016. In het definitieve Meerjarenprogramma Groen 2017-2021 wordt bezien wat de precieze restantopgave is voor de inrichting van het natuurnetwerk en op welke wijze deze kan worden gerealiseerd.
Ad 6.1.2.b De restantopgave per 01-01-2016 is 41 hectare hoger dan de restantopgave per 01-01-2015. Hoewel wij vorig jaar 321 hectare nieuwe NNN hebben gerealiseerd, hebben wij ook alle kaarten gecontroleerd. Hieruit is gebleken dat er percelen ten onrechte als ‘gerealiseerd’ waren ingeboekt. Het gaat bijvoorbeeld om percelen die wel in eigendom zijn bij terrein beherende organisaties, maar nog landbouwkundig worden gebruikt door pachters. Dit is in het Provinciaal Meerjarenprogramma Groen 2017-2021 gecorrigeerd.
Ad 6.1.3 Voor Natura 2000 gebieden worden, zoals vastgelegd in de beheerplannen, maatregelen getroffen ten behoeve van de staat van instandhouding van soorten en habitats. In de eerste beheerplanperiode van zes jaar gaat het om maatregelen op totaal 4.020 hectare, gemiddeld 814 hectare (twintig procent) per jaar. Hierover worden uitvoeringsafspraken gemaakt met de terreinbeheerders en de waterschappen. De meeste maatregelen worden genomen in het kader van de PAS, zoals baggeren, het verwijderen van de bovengrond, maaien en het stimuleren van verstuiven in de duinen.
Ad 6.1.4. De restantopgave voor recreatieve fiets- en wandelroutes is recent geraamd op 1.370 km. Dit betreft naast fysieke maatregelen vooral bewegwijzering Dit varieert tussen 330-370 km per jaar.
Meerjarenraming lasten (Bedragen * €1.000) | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
6.1 Een samenhangende groenstructuur | Rekening 2015 | Begroting 2016 | Begroting 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 |
Lasten uit algemene middelen | 11.508 | 12.476 | 6.895 | 6.752 | 6.879 | 6.832 |
a. NB wet en Flora- en Fauna wet (handhaving, vergunningverlening) | 76 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
b. Realisatie NNN | 824 | 703 | 703 | 703 | 703 | 703 |
c. Onderzoek en advies groen | 103 | 364 | 257 | 257 | 257 | 257 |
d. Beheerplannen N2000 | 92 | 101 | 101 | 101 | 101 | 101 |
k. Omgevingsdiensten Groen | 0 | 1.534 | 2.852 | 2.852 | 2.852 | 2.852 |
l. Subsidies Regionale samenwerking | 265 | 490 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Subsidies Recreatie | 23 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Apparaatskosten | 10.255 | 9.261 | 2.982 | 2.839 | 2.966 | 2.919 |
Afrekeningsverschillen jaarrekening 2015 | -130 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Lasten gedekt uit reserves en balansposten (BDU en vooruitontvangen bijdrage) | 11.694 | 53.957 | 46.127 | 41.523 | 24.824 | 24.437 |
e. Reserve Groen | 6.580 | 43.106 | 22.831 | 20.099 | 15.852 | 15.799 |
f. Reserve Groene Uitweg | 2.259 | 5.358 | 12.148 | 0 | 0 | 0 |
g. BDU Groene Uitweg | 0 | 0 | 1.965 | 17.286 | 6.972 | 8.638 |
h. Groenfonds ILG Rijk | 646 | 2.570 | 6.467 | 0 | 0 | 0 |
i. Reserve TWIN-H (compartiment groen) | 898 | 2.423 | 2.716 | 3.060 | 2.000 | 0 |
j. Reserve UNA (compartiment groen) | 432 | 500 | 0 | 1.078 | 0 | 0 |
Reserve ILG | 1.236 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Natuurbrug Zandpoort | -357 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting op de meerjarenraming lasten
a. Inhuur van specialistische kennis voor handhaving en vergunningverlening. Vanaf 2017 wordt dit door de Omgevingsdiensten Groen overgenomen.
b. Realisatie NNN heeft betrekking op rente en aflossing van eerdere leningen van provincies bij het Nationaal Groenfonds doorlopend tot 2021.
c. Onderzoek en advies groen betreft o.a. opdrachten voor extern onderzoek, advies en proceskosten voor beleidsverkenningen, beleidsontwikkeling en juridische advisering. Bij de Zomernota 2016 is aan dit budget een deel van de ontvangen rijksbijdrage voor Duurzaam Door toegevoegd
d. Opstellen en actualiseren van Beheerplannen Natura 2000 / PAS (gebiedsanalyses): budget voor extern advies en proceskosten.
e., f., g., i. en j. Betreffen kasramingen voor in het concept Provinciale Meerjarenprogramma Groen 2017-2021 Verklaring “Groen Kapitaal” opgenomen projecten.
h. Groenfonds ILG Rijk. Betreft verplichtingen uit de ILG-periode ten behoeve van de resterende FES-projecten, deze worden betaald uit de vooruitontvangen Rijksbijdrage ILG-middelen.
k. Zoals in de begroting 2016 al aangekondigd hebben we voor de Omgevingsdiensten Groen (de Vergunningen, Handhaving en Toezichthouden (VTH)-plustaken) een apart budget aangemaakt (dit viel eerst onder budget c). Hieruit worden de exploitatiebijdragen aan de Omgevingsdiensten betaald die betrekking hebben op de groene taken. Het verschil tussen 2016 en de overige jaren komt omdat de taken pas medio 2016 worden overgedragen.
l. Subsidies Regionale samenwerking hebben vooral betrekking op subsidies die verstrekt worden vanuit het samenwerkingsprogramma Laag Holland, zie hiervoor ook Operationeel doel 6.3 budget b.
Aantrekkelijk en toegankelijk groen voor de bewoners en bezoekers van de provincie, voor ecologie en economie.
6.2 Adequaat beheerd groen
Het tweede beleidsdoel van de doelenboom Groen is een adequaat beheer van bestaand en nieuw groen. Daartoe zetten wij in op drie operationele doelen:
6.2.1 Doeltreffend en doelmatig beheer natuurnetwerk en agrarische natuur
6.2.2 Evenwichtig faunabeheer
6.2.3 Doeltreffend en doelmatig beheer recreatiegebieden en routes
In onderstaande tabel zijn de beleidsprestaties met betrekking tot het beheer van groen voor de jaren 2016-2019 weergegeven.
Tabel Prestatie-indicatoren
Taak | Output | Nulmeting 2016 | B2017 | B2018 | B2019 | B2020 |
6.2.1 Subsidiëren van (agrarisch) natuurbeheer | Natuurbeheer ha per jaar | 28.000 | 28.250 | 28.500 | 28.750 | 29.000 |
Agrarisch natuurbeheer ha per jaar | 13.500 | 13.500 | 13.500 | 13.500 | 13.500 | |
6.2.2 Faunabeheer | Beperking lasten Faunafonds (t.o.v. 2015) | 4,2 mln. | +0,2 mln. | -0,4mln. | -0,9 mln. | -1,6 mln. |
6.2.3 Deelname recreatieschappen | Beheerd areaal ha per jaar | 7.010* | 6.621 | 6.621 | 6.621 | 6.621 |
* Per 1-1-2017 treedt de provincie uit het recreatieschap Geestmerambacht. De oppervlakte neemt daardoor met 389 hectare af.
Toelichting op taken en output
Ad 6.2.1. In het provinciaal Natuurbeheerplan 2017 zijn de doelen voor het (agrarisch) natuurbeheer vastgelegd. Beheerders die daarvoor in aanmerking komen kunnen beheersubsidie aanvragen. Bij het natuurbeheer is gerekend met een groei van gemiddeld 250 hectare per jaar. Voor het agrarisch natuurbeheer is er veel veranderd in 2016. De beschikbare middelen willen wij geconcentreerd inzetten in kansrijke weidevogelkerngebieden. Dit heeft geleid tot een inkrimping van het weidevogelleefgebied. Ook zijn in 2016 de agrarische collectieven van start gegaan, waardoor tegenwoordig subsidie wordt verstrekt aan deze collectieven, in plaats van aan afzonderlijke agrarische ondernemers. Vooralsnog gaan wij uit van gesubsidieerd agrarisch natuurbeheer op circa 15.000 hectare. De ontvangers van beheersubsidie zijn verplicht hun beheergebied te (laten) monitoren, zodat ook de kwaliteit van de beheerde gebieden geanalyseerd kan worden. Dit gebeurt volgens de landelijk ontwikkelde monitoringssystematiek, en wordt landelijk gerapporteerd in het kader van het Natuurpact.
Ad 6.2.2. Een kernopgave van het faunabeleid vormt de problematiek van de toenemende ganzenpopulatie, aangezien deze schade aan de landbouw veroorzaakt en een gevaar vormt voor de vliegveiligheid. Wij achten het wenselijk dat in een straal van 10 kilometer rondom Schiphol slechts geringe aantallen ganzen voorkomen. Indien de ganzenpopulatie blijft groeien zullen de kosten van tegemoetkomingen in de schade die de provincie uitkeert via het Faunafonds, blijven toenemen. Daarom nemen wij een mix van maatregelen, waarvan het resultaat tot uitdrukking komt in de gewenste kostenreductie van het budget voor het Faunafonds, hoewel het feit dat in 2016 geen vangacties hebben kunnen plaatsvinden, deze ambitie onder druk zet. De nulmeting 2015 is het bedrag voor het Faunafonds uit de begroting 2015 van € 4,2 miljoen.
Ad 6.2.3. In 2017 voorzien wij een daling in verband met het uittreden van de provincie uit het recreatieschap Geestmerambacht. Daarnaast zijn wij, zoals in de Agenda Groen en ons coalitieakkoord aangegeven, gestart met de modernisering van de overige recreatieschappen. Dit proces continueren wij in 2017.
Meerjarenraming lasten (x €1.000) | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
6.2 Adequaat beheerd groen | Rekening 2015 | Begroting 2016 | Begroting 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 |
Lasten uit algemene middelen | 28.264 | 35.543 | 36.505 | 26.254 | 26.193 | 26.295 |
a. Natuur- en landschapsbeheer | 13.256 | 20.385 | 19.181 | 14.841 | 15.431 | 15.766 |
b. Landschapsbeheer Texel | 42 | 42 | ||||
c. Faunafonds | 6.298 | 4.853 | 4.753 | 3.300 | 2.600 | 2.300 |
d. Flora en Faunabeleid | 51 | 154 | 105 | 105 | 105 | 105 |
e. Recreatieschappen | 4.984 | 5.238 | 9.157 | 5.034 | 5.083 | 5.083 |
f. Beheer NH pad | 74 | 125 | 125 | 125 | 125 | 125 |
g. Subsidies beheer groene organisaties | 2.958 | 2.816 | 2.173 | 1.843 | 1.843 | 1.843 |
h. N.V. Recreatie NH | 19 | 19 | ||||
Onderzoek en advies Landschap | 57 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Apparaatskosten | 1.710 | 1.911 | 1.011 | 1.006 | 1.006 | 1.073 |
Afrekeningsverschillen 2015 | -1.185 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Lasten gedekt uit reserves | 410 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
i. Reserve cofinanciering Waddenfonds | 410 | 200 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Reserve Werkgelegenheid en Economie | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting op de meerjarenraming lasten
a. Het budget voor het natuur- en landschapsbeheer wordt ingezet voor de subsidieregeling voor (agrarisch) natuur en landschapsbeheer (zie Het Ontwerpnatuurbeheerplan). Deze bedragen zijn gebaseerd op het Ontwerp-Natuurbeheerplan 2017 en zijn inclusief de bijdrage van de waterschappen van € 375.000, voor agrarisch waterbeheer. De bedragen in 2016 en 2017 zijn hoger door de overgang van kasstelsel naar baten/lasten stelsel waarop we bij de Jaarrekening 2014 door de accountant gewezen zijn (zie pag. 12 Jaarstukken 2014, RVO verplichtingen).
b. Het bedrag van € 42.000 betreft de rentekosten van het streekfonds Texel, dat is ingesteld n.a.v. een wens van uw Staten in 2010.
c. In 2014 is de betaling van faunaschade gedecentraliseerd naar de provincies, inclusief een decentralisatie-uitkering via het provinciefonds. Binnen dit budget worden de uitvoeringskosten en de tegemoetkomingen in schade van het Faunafonds bekostigd. Door het wegvallen van het zomerplafond voor ganzen is de schade in 2015 hoger uitgevallen. Dit wordt ook verwacht voor 2016 en 2017 waardoor er bij de Kaderbrief 2017 (§ 5.2, regel R) extra middelen van € 953.000 per jaar aan dit budget zijn toegevoegd. Door verschillende beleidsmaatregelen streven wij ernaar dit bedrag te verminderen. Zie ook de toelichting bij paragraaf 6.2.2.
In het jaar 2016 is een bedrag van € 500.000 overgeheveld naar budget g (Subsidies beheer groene organisaties) voor een subsidie aan de Fauna Beheer Eenheid in verband met extra maatregelen ganzenbeheer.
d. Het budget Flora en Faunabeleid wordt ingezet voor het ontwikkelen van beleid, specifiek onderzoek en advies m.b.t. faunabeheer en onze deelname aan de Nederlandse Regiegroep Vogelaanvaringen (NRV) met betrekking tot Schiphol.
e. Het budget voor de recreatieschappen is bedoeld voor de provinciale bijdrage aan de gemeenschappelijke regelingen. Het budget voor de recreatieschappen is gebaseerd op de begrotingen van de recreatieschappen. Dit budget wordt jaarlijks geïndexeerd. In 2017 is er rekening gehouden met een bedrag voor uittreding uit het recreatieschap Geestmerambacht, vanaf 2018 wordt het budget verlaagd in verband met deze uittreding.
f. De provincie voert zelf de regie op het beheer van het Noord-Holland pad.
g. Dit budget is voor een extra bijdrage aan Landschap Noord-Holland en het Goois Natuurreservaat. De boekjaarsubsidie voor Landschap Noord-Holland wordt beperkt tot de uitvoering door LNH van het natuuronderzoek en de stimulering van kleinschalige maatregelen voor soortenbescherming en landschapselementen. Dit budget dient ook voor de jaarlijkse bijdrage aan de Faunabeheereenheid (die in 2016 al met € 500.000 verhoogd is, zie budget c Faunafonds) en de landelijke organisaties Fietsplatform en Wandelnet.
Kaderbrief 2017 (§ 5.4, regel AI). Voor het aanleggen en beheren van boerenlandpaden worden extra middelen uitgetrokken (lasten verhoogd, € 140.000, nadelig).
h. Dit zijn de rentelasten van de deelneming in N.V. Recreatie Noord-Holland.
i. Dit is de uitgavenraming voor de reserve cofinanciering Waddenfonds die bij de Zomernota 2016 geactualiseerd is.
Aantrekkelijk en toegankelijk groen voor de bewoners en bezoekers van de provincie, voor ecologie en economie.
6.3 Bij groen betrokken bewoners, bedrijven en overheden
Het derde beleidsdoel Bij groen betrokken bewoners, bedrijven en overheden, heeft betrekking op de verbindingskracht die natuur heeft, zowel binnen als buiten het Natuurwerk.
Wij zetten hierbij in op twee operationele doelen:
6.3.1 Bij groen betrokken bewoners en bedrijven.
6.3.2 Bij groen betrokken overheden.
Tabel prestatie-indicatoren
Taak | Output | Nulmeting | B2017 | B2018 | B2019 | B2020 |
6.3.1 Bij groen betrokken bewoners | Groei groene vrijwilligers 3,5% | 14.087 vrijwilligers 2014 | 15.600 | 16.200 | 16.700 | 17.300 |
6.3.2 Gebiedsgerichte samenwerking | Cofinanciering Waddenfonds-projecten | Aantal projecten | 5 | 5 | 5 | 5 |
Toelichting op taken en output
Ad 6.3.1. De provincie verschaft jaarlijks subsidie aan de gezamenlijke groene organisaties voor het uitvoeren van het programma “Betrekken bij groen”. De doelstelling is een toename van 3,5% per jaar van het aantal bij de natuurorganisaties betrokken natuurvrijwilligers.
Aansluitend op ons Coalitieakkoord hebben wij Groen Kapitaal geïntroduceerd, dat in 2017 deel uitmaakt van het operationeel doel 6.3.1. Met Groen Kapitaal stimuleren wij burgers, bedrijven en overheden natuurcombinaties te maken. Hierbij gaat het om combinaties van natuur met landbouw, water, (provinciale) infrastructuur en gezondheid, met als doel om de biodiversiteit zowel binnen als buiten het NNN te verbeteren. Voor Groen Kapitaal organiseren wij in 2017 een congres, waarin wij de verbinding vanuit natuur met de andere thema’s verder willen versterken. In vier kenniscafés zullen de verbindingen met landbouw, water, infrastructuur en gezondheid centraal staan. Het idee hierbij is dat deze cafés een podium zijn voor onze partners om gezamenlijk nieuwe cross-over projecten te starten. Dergelijke projecten kunnen ook in de vorm van LAB’s gestalte krijgen. Kenmerkend voor deze LAB’s is dat de projecten proefondervindelijk worden uitgevoerd.
Het door het Rijk beschikbaar gestelde budget voor Duurzaam Door zetten wij in 2016 en 2017 in voor de uitvoering van het LAB Groene en Gezonde Leefomgeving.
Ad 6.3.2. In een aantal regio’s werken wij bestuurlijk nauw samen met andere overheden bij de voorbereiding en realisatie van ons groenbeleid. Het gaat om samenwerkingsverbanden voor het Waddenzeegebied (Regiecollege Waddengebied en stuurgroep Waddenprovincies), Laag Holland (gebiedscommissie), Groene Hart (stuurgroep), Gooi- en Vechtstreek (stuurgroep), de Metropoolregio Amsterdam en de Nationale Parken van Texel en Zuid-Kennemerland. Het gaat om een breed scala aan activiteiten, welke niet in een eenvoudige prestatie-indicator samen zijn te vatten. We beperken ons hier tot het geraamde aantal door ons te cofinancieren Waddenfondsprojecten in Noord-Holland. Hiervoor hebben wij in ons coalitieakkoord middelen voor cofinanciering beschikbaar gesteld. Naar verwachting zullen wij jaarlijks circa vijf projecten co-financieren. Voor nader inzicht in de activiteiten van genoemde gremia verwijzen wij naar de gebiedsprogramma’s en jaarverslagen waarover uw Staten periodiek worden geïnformeerd.
Meerjarenraming lasten (x €1.000) | ||||||
6.3 Bij groen betrokken bewoners en bedrijven | Rekening 2015 | Begroting 2016 | Begroting 2017 | Begroting 2018 | Begroting 2019 | Begroting 2020 |
Lasten uit algemene middelen | 1.850 | 3.410 | 2.180 | 2.177 | 2.137 | 2.131 |
a. Programma Betrekken bij Groen | 608 | 758 | 608 | 608 | 608 | 608 |
b. Bijdrage regionale samenwerking | 295 | 1.434 | 670 | 670 | 630 | 581 |
c. Gebiedscommissies | 33 | 60 | 0 | 0 | 0 | 0 |
d. Deelname Nationale parken | 258 | 308 | 258 | 258 | 258 | 258 |
Apparaatskosten | 759 | 850 | 644 | 641 | 641 | 684 |
Afrekeningsverschillen 2015 | -103 | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 |
Toelichting op de meerjarenraming lasten
a. Het budget voor het programma Betrekken bij Groen is bedoeld voor subsidie van de ondersteuning van vrijwilligers en natuureducatie. Het hogere bedrag in 2016 wordt veroorzaakt door een extra bijdrage vanuit de rijksbijdrage voor Duurzaam Door die bij de Zomernota 2016 aan dit budget toegevoegd is.
b. Dit zijn de middelen voor regionale samenwerking met het Waddenzeegebied, Laag Holland en Groene Hart. Dit is inclusief de jaarlijkse bijdrage van € 283.000, die Laag Holland van andere overheden ontvangt en het restant bedrag hiervan uit voorgaande jaren dat bij de Zomernota 2016 op de begroting is geplaatst.
c. Betreft de gebiedscommissie Laag Holland en de stuurgroep Gooi & Vechtstreek. De middelen voor Gebiedscommissies zijn bij de Kaderbrief 2015 vanaf 2017 gekort (tranche 3, € 60.000).
d. Betreft bijdrage voor de Nationale Parken van Zuid-Kennemerland en Texel. Het hogere bedrag in 2016 wordt veroorzaakt door een extra bijdrage vanuit de rijksbijdrage voor Duurzaam Door die bij de Zomernota 2016 aan dit budget toegevoegd is.
Beleidskader
Bescherming, ontwikkeling en beheer van groen is een provinciale kerntaak. Veel natuurbeleid is de afgelopen jaren gedecentraliseerd naar de provincie.
In de Agenda Groen (PS 2013) is het vigerende groenbeleid van de provincie vastgelegd. Ingezet wordt op:
Beschermen en ontwikkelen van groen o.a.:
- adequate planologische bescherming
- realisatie van het NNN, uiterlijk in 2027
- aanleggen van natuurverbindingen
- realisatie van recreatieve routes
- afronding van het programma Recreatie om de Stad (RodS).
Beheren van groen o.a.:
- subsidiëring van het (agrarisch) natuurbeheer
- faunabeheer: o.a. beperking van de ganzenschade
- het beheer door de recreatieschappen.
Betrekken bij groen, o.a.:
- ondersteuning van vrijwilligers en ander particulier initiatief.
Coalitieakkoord
In ons coalitieakkoord “Ruimte voor groei” (2015-2019) zetten wij in op de bescherming en ontwikkeling van Natura 2000-gebieden, het Natuurnetwerk, cultuurlandschappen, recreatiegebieden en groene bufferzones. Voor het afronden van het Natuurnetwerk is een jaarlijkse taakstelling voor het verwerven en inrichten van het NNN geformuleerd van 250 hectare. Wij vinden het belangrijk om cross-overs te benutten tussen natuur en de beleidsterreinen water, economie en landbouw, infrastructuur en milieu. Wij onderschrijven het brede ecologische, maatschappelijke en economische belang van de biodiversiteit zoals onze partners dat hebben uiteengezet in de Verklaring “Groen Kapitaal”. In 2016 is de hiervoor ontwikkelde aanpak vastgesteld. Deze richt zich op natuurcombinaties rond de ruimtelijk-economische domeinen van het provinciaal beleid. De aanpak is tweeledig: de provincie onderneemt zelf een aantal concrete acties, ook in haar rol als eigenaar van terreinen en richt zich daarnaast op het faciliteren van netwerken, o.a. door middel van kenniscafés (zie verder de toelichting bij 6.3.1). Ten aanzien van ons faunabeleid hebben wij aangegeven dat in verband met de vliegveiligheid en de grote landbouwschade de overlast van de te grote populatie zomerganzen stevige maatregelen blijft vragen, terwijl tegelijkertijd winterganzen bescherming verdienen. Voor continuering van de provinciale cofinanciering van Waddenfondsprojecten hebben wij middelen beschikbaar gesteld. Wij zetten de ondersteuning van vrijwilligers in natuur en landschap voort.
Verbonden partijen
Programma | OD | Verbonden partij | Doel |
6 | 6.2.1 | N.V. Provinciaal Waterleidingbedrijf Noord-Holland (PWN) | Drinkwatervoorziening en natuurbeheer |
6 | 6.2.3 | Recreatie Noord-Holland N.V. (RNH) | Beheer en onderhoud recreatiegebieden |
6 | 6.2.3 | Recreatieschap Spaarnwoude | Beheer recreatiegebied |
6 | 6.2.3 | Recreatieschap Groengebied Amstelland | Beheer recreatiegebied |
6 | 6.2.3 | Recreatieschap Twiske-Waterland | Beheer recreatiegebied |
6 | 6.2.3 | Recreatieschap Geestmerambacht | Beheer recreatiegebied |
6 | 6.2.3 | Recreatieschap Plassenschap Loosdrecht e.o. | Beheer recreatiegebied |
*Verdere informatie is te vinden in de paragraaf verbonden partijen
Beleidsdoelen
Vanuit onze hiervoor geschetste visie op het provinciale groenbeleid onderscheiden wij de volgende drie beleidsdoelen.
6.1 Een samenhangende groenstructuur
6.2 Adequaat beheerd groen
6.3 Bij groen betrokken bewoners, bedrijven en overheden
De jaarlijkse uitwerking van deze beleidsdoelen vindt plaats in respectievelijk:
1. Het Provinciaal Meerjarenprogramma Groen
2. Het Ontwerpnatuurbeheerplan
3. Het Programma Betrekken bij Groen (vrijwilligers)
Effectindicatoren en prestatieindicatoren
Met het Natuurakkoord (2011) en het Natuurpact (2013) is veel groenbeleid gedecentraliseerd naar de provincie. Gelet op onze nieuwe en grote verantwoordelijkheid in het groene domein vinden wij het belangrijk om te kunnen beschikken over meetbare streefwaarden voor de effecten van ons beleid gericht op de hoofddoelstelling: “aantrekkelijk en toegankelijk groen voor bewoners en bezoekers, voor ecologie en economie”. In het besef dat wij daarbij te maken hebben met moeilijk te beïnvloeden externe factoren is het toch van belang om te volgen hoe we er in Noord-Holland voor staan met onze hoofddoelstelling. Ook de Randstedelijke Rekenkamer heeft, in haar evaluatie van ons beleid voor natuurbeheer, gewezen op de wenselijkheid van meetbare streefwaarden.
Momenteel hebben wij nog geen meetbare effectindicatoren vastgesteld voor de hoofddoelstelling van ons groenbeleid. Wel hebben wij in deze programmabegroting voor de onderliggende drie beleidsdoelen zoveel mogelijk meetbare prestatie-indicatoren met streefwaarden voor de komende vier jaar weergegeven. Voorbeelden zijn de jaarlijks te realiseren hectares voor het Natuurnetwerk of het areaal natuur- en recreatiegebied waarvoor wij een bijdrage leveren voor het beheer.
De komende periode zullen wij een samenhangende set van effect- en prestatie indicatoren ontwikkelen en aan uw Staten voorleggen. Vervolgens zullen wij deze in de begroting opnemen.
Deze nemen wij mee in het door ons in de Kaderbrief 2017 genoemde traject om te komen tot een herijking en modernisering van de begrotingssystematiek met ingang van de Begroting 2018.
Evaluatiekader
De basis voor het provinciale groenbeleid is verwoord in de Agenda Groen uit 2013. Medio 2016 hebben uw Staten de voortgangsrapportage van de Agenda Groen ontvangen. De Agenda Groen zal over enkele jaren ‘opgaan’ in de Omgevingsvisie. Om die reden is na 2016 geen nieuwe voortgangsrapportage voorzien. In de jaarlijkse uitvoeringsprogramma’s (Provinciaal Meerjarenprogramma Groen, Natuurbeheerplan en Programma Betrekken bij Groen) wordt verslag gedaan van de voortgang van het desbetreffende beleid bij de beleidsdoelen.
Voortgangsrapportages
Niveau doelenboom | Beleidskader | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 |
Programma | |||||
6. Groen | X | - | - | - |
Niveau doelenboom | Beleidskader | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 |
Beleidsdoelen | Uitvoeringsprogramma’s | ||||
6.1 Samenhangende groenstructuur | Meerjarenprogramma Groen | X | X | X | X |
6.2 Adequaat beheerd groen | Natuurbeheerplan | X | X | X | X |
6.3 Bij groen betrokken bewoners, bedrijven en overheden | Programma betrekken bij groen | X | X | X | X |
Naast genoemde voortgangsrapportages verrichten wij ook evaluaties van subsidies en Verbonden Partijen.